RACEN

Cario Guzzi predikt vanaf de eerste dag dat de beste reclame voor de motorfietsen op de circuits te behalen is. De fabriek aarzelt dan ook geen moment om zich in races te mengen. Al in het oprichtingsjaar wint de 'liggende' halve liter de Targa Floria op Sicilië. Drie jaar later is er nog groter succes. De motor heeft dan inmiddels vier door een bovenliggende nokkenas gestuurde kleppen en handversnellingen. Zijn 22 PK bij 5.500 toeren schenken de fabriek het Europees kampioenschap.

In 1937 wint fenomeen Stanley Woods de meest prestigieuze wedstrijd die er is, de TT op het eiland Man. Onder slechte weersomstandigheden verplettert hij het ronderecord en is Guzzi de eerste niet-Engelse winnaar van de lichte klasse. Een dag later doet Woods het nog eens dunnetjes over. Op z'n 500 cc Guzzi-twin wint hij ook de senior race. Woods bestuurt de {Gambalunga}, de 120 graden V-twin. De machine levert meer dan 50 pk en heeft verstelbare achtervering. Tijdens het rijden kan de piloot met z'n linkerknie de hendel van de demping bedienen. De Gambalunga is een blijvend succesnummer op het circuit. Met de nodige verfijningen en modificaties blijft hij tot 1951 in competitie.

Na de gedwongen pauze tijdens de Tweede Wereldoorlog pakt Guzzi in 1948 de draad van het racen weer op. In de 250 cc-klasse verbetert de fabriek de oude Albatros. Met telescoopvork en een vijfbak wordt de machine herdoopt in '{Gambalunghino}'. Al direct bij het instellen van de wereldkampioenschappen in 1949 behaalt deze 250 cc de eerste plaats. Drie jaar later zit de 'Gambalunghino' nog steeds op die troon, al beginnen de razendsnelle NSU's een bedreiging te vormen. Maar dan blijkt de genialiteit van de Guzzi-staf en met name die van technisch tovenaar Carcano. Hij gelooft onvoorwaardelijk in het concept van een eencilinder. Met een bovenliggende nokkenas, vier kleppen, twee carburateurs, een vijfbak, gewijzigd frame en 18 in plaats van de oude 21 inch wielen, slaat hij alle aanvallen af. Met een tot 350 cc opgeboorde versie pakt rijder Fergus Anderson van 1953 tot 1957 de wereldtitel.

GEWICHTSVERMINDERING

Het grote geheim van Carcano is gewicht of liever gezegd het verminderen ervan. Carcano is in dit opzicht een fanaat met oog voor de kleinste details. Zelfs de schoonheid moet voor de gewichtsvermindering wijken. Zo krijgt de tank niet meer dan één laag grondverf. Extra laklagen zouden de machine alleen maar zwaarder maken! Als geen ander beseft Carcano ook de betekenis van aërodynamica. Hij bouwt de racer daarom zo laag mogelijk en besteedt eindeloze aandacht aan de stroomlijn. Als eerste maakt Guzzi dan ook gebruik van, een zelfgebouwde windtunnel.
De fabriek uit Mandello verbaast de racewereld in 1950 met een compleet nieuwe 500 cc. Een viercilinder. watergekoeld, cardan-aangedreven en met benzine-injectie. Het geluid van de uitzonderlijke Guzzi is indrukwekkend. Megafoons ontbreken, aan de vierpitter vallen slechts vier ultrakorte uitlaatbochten te bespeuren...
Hoewel razendsnel brengt de viercilinder niet die successen waarop is gehoopt. Maar Carcano laat zich daardoor niet ontmoedigen en komt vervolgens met de misschien wel grootste verrassing uit de motorhistorie. In 1956 verschijnt Moto Guzzi aan de start met... een achtcilinder! De legendarische {V8}, een wondertje van techniek. In een dubbel wiegframe hangt, omringd door pijpen en pompen, het indrukwekkende blok. Acht kleine cilindertjes met een boring-slagverhouding van 41 x 44 mm. Acht 20 mm carburateurs en acht uitlaten. De machine loeit door tot 12.000 tpm en is goed voor een top van 250 kilometer per uur! De V8 is het summum van souplesse. Vanaf 7.000 toeren gedraagt hij zich als een raket. De geplande zesbak wordt daarom tot vijf versnellingen gesnoeid. Op snelle circuits blijken zelfs vier 'gears' ruim voldoende.

Gedurende een jaar brengt Carcano nog een aantal indrukwekkende wijzigingen aan de krukas en de kleppen aan. De veranderingen laten zich in snelheid vertalen. Bij 13.500 toeren komt de Guzzi V8 nu tot 270 km/u! Een jaar later zijn alweer een paar pk gewonnen en de V8 lijkt zich te ontwikkelen tot een onverslaanbare racer. Die zegetocht wordt de achtpitter echter niet gegund. Om financiële en sportieve redenen verlaat Moto Guzzi in 1957 de racerij. Na 56 sportieve jaren en vele successen. Want welke fabriek kan bogen op 5.529 zeges, 22 wereldsnelheidsrecords en veertien wereldtitels?